nieuws
31 maart 2019, 14:17 • 4 minuten leestijd
Nadat de veroordeelde Rotterdamse jihadist Samir A. in 2013 op vrije voeten komt, bedenkt de overheid van alles om hem te deradicaliseren. Daarbij gaat nogal wat mis, blijkt uit een reconstructie die NRC dit weekend publiceert. Samir A. zou nu geld inzamelen voor vrouwen en kinderen in IS-gebied.
A. lijkt al lang niet meer op de terrorist die vijftien jaar geleden alle journaals haalde, constateert de verslaggever van NRC die een interview met hem had in het Rotterdamse restaurant Engels. Zijn lange haren heeft hij afgeknipt en zijn bril is ingeruild voor lenzen.
Tweeëndertig jaar is hij nu, getrouwd en vader van twee kinderen. Hij woont ergens in Rotterdam, aan "een plein met een speeltuin". De enkelband, die hij na zijn vrijlating voor een recordperiode van vier jaar lang moest dragen, is van zijn been verdwenen.
A. werd veroordeeld tot negen jaar cel voor het voorbereiden van aanslagen op politici en het kantoor van de geheime dienst AIVD. Hij had een video-testament gemaakt. Voor als hij zou sterven in de strijd.
In 2013 komt Samir A. vrij, na het uitzitten van tweederde van zijn straf. Justitie had hem langer willen vasthouden, omdat hij er nog steeds radicale ideeën op na zou houden. Maar de rechter beslist anders.
Aan de vrijlating zijn wel strikte voorwaarden verbonden, zoals gebieds- en contactverboden, een meldplicht en een enkelband. Ook mag A. geen bankrekening meer hebben om te voorkomen dat hij daarmee terrorisme financiert. "Na gevangenneming is het misschien wel de zwaarste straf", schrijft NRC over de vermelding op de zogeheten nationale sanctielijst terrorisme.
De krant schetst een beeld van overheidsdiensten die elkaar daarna volop tegenwerken: waar de ene dienst de banktegoeden bevriest, lost de andere de daaruit voortvloeiende problemen op. Zo springt de reclassering voor A. in de bres als blijkt dat hij bij gebrek aan een zorgverzekering niet geopereerd kan worden aan zijn darmen.
"Dat overheidsdiensten langs elkaar heen werken zie je vaker in terrorismezaken", zegt hoogleraar terrorismebestrijding Edwin Bakker in NRC. "Harde en softe maatregelen zitten elkaar soms in de weg. Daarmee drijf je iemand in de handen van het jihadistische netwerk. Om het hoofd boven water te houden, heb je mensen nodig die je onderhouden. En waar kom je dan terecht: bij je oude vrienden."
Kip met de gouden eieren
Ook de begeleiding van Samir A. verloopt allesbehalve vlekkeloos. Imam Mohammed Cheppih en voormalig raadslid en oprichter van de Moslimkrant Brahim Bourzik stoppen de ex-gedetineerde soms wat geld toe. Dat mag niet bij iemand die op de nationale sanctielijst staat. Cheppih zou A. zelfs een betaalde baan hebben gegeven in een restaurant in de Markthal, waarvan hij mede-eigenaar is.
Belangenverstrengeling, zegt hoogleraar Edwin Bakker. "Iemand met wie je een afhankelijkheidsrelatie hebt, kun je niet voor je laten werken."
De NCTV besluit in januari 2015 om helemaal te stoppen met Cheppih als begeleider, omdat "de beoogde doelen" niet zijn gehaald. Bourzik is al eerder afgehaakt, na flinke bonje met Cheppih over wie A. het best onder zijn hoede kan nemen.
Op de achtergrond lijkt geld een rol te spelen. Bourzik heeft de begeleiding onbezoldigd op zich genomen. Het bureau dat Cheppih uitzond, declareerde daarvoor 125 euro per uur. Bourzik noemt Samir A. voor Cheppih "de kip met de gouden eieren."
Op de thee
Eind 2015 meldt de inlichtingendienst AIVD dat in de omgeving van Samir A. opvallend veel jihadisten vertrekken naar Syrië. Vermoed wordt dat hij een inspirator is, maar hard bewijs daarvoor komt niet boven water. A. zegt dat Syriëgangers gewoon bij hem op de thee komen of dat hij huwelijksproblemen met hen bespreekt.
De laatste tijd zou A. samen met een ander veroordeeld lid van de zogeheten Hofstadgroep met de pet rondgaan voor vrouwen en kinderen in het krimpende gebied van Islamitische Staat. Geld sturen aan jihad-gangers wordt door justitie gezien als terrorismefinanciering. Maar Samir A. ziet dat anders. "Als je weet dat kinderen ergens dood gaan van de honger, dan help je. Mensen die niét helpen, díe zouden strafbaar moeten zijn."
Op zijn telefoon laat hij de verslaggever van NRC een foto zien van kinderen van zijn overleden vriend Jermaine Walters. De bleekneusjes zitten met hun moeder in het laatste stukje IS-gebied. "Toen ze hier nog waren, heb ik die kinderen in bed gestopt. Als ik hen zou helpen, maakt mij dat dan een terrorist?"
💬 WhatsApp ons!
Heb jij een tip voor de redactie? Stuur ons een bericht, foto of filmpje via WhatsApp ons of Mail: nieuws@rijnmond.nl